Het lijkt wel of iedereen er tegenwoordig last van heeft. Dat vermoeide gevoel dat je maar niet van je afgeschud krijgt. De een merkt het al op de fiets naar werk, de ander ploft thuis op de bank en voelt zich meteen leeg. En gek genoeg is het niet altijd meteen duidelijk waar het vandaan komt. Dat maakt het ook lastig om er iets aan te doen.
Misschien slaap je wel genoeg, maar voel je je alsnog futloos. Of misschien is er iets wat je onbewust uitput, zonder dat je daar zelf helemaal grip op hebt. Toch is het goed om bij jezelf te rade te gaan. Want als dat vermoeide gevoel weken aanhoudt, kun je er maar beter even bij stilstaan.
Hoe vermoeidheid zich laat zien
Het begint meestal met kleine signalen. Je merkt dat je vaak geeuwt, ook als je best goed hebt geslapen. Je bent moe, zonder reden, en dat gevoel lijkt maar niet weg te trekken. Soms lukt het je niet om je ergens echt op te focussen, je dwaalt af of vergeet de helft van wat iemand net nog tegen je zei.
Je voelt je ook sneller geïrriteerd, alsof elk klein dingetje nét iets harder binnenkomt dan normaal. Dingen die je normaal fluitend doet, kosten ineens moeite. Die energie die je altijd vanzelf leek te hebben, lijkt ineens ergens onderin je lijf te zijn blijven hangen. En dan kun je nog zulke goede voornemens hebben, maar als je batterij op is, is zelfs de simpelste taak soms te veel gevraagd.
Wat er onder je vermoeidheid kan zitten
Natuurlijk is het logisch om eerst te kijken naar je nachten. Slaap je wel echt goed? Een paar keer wakker worden, liggen woelen of pas laat in slaap vallen, kan er ongemerkt voor zorgen dat je overdag geen energie meer over hebt. Als je bed niet lekker ligt, of je blijft tot diep in de nacht naar een scherm staren, dan loop je al snel achter de feiten aan.
En dan is er nog die mentale vermoeidheid. Die sluipt erin. Door zorgen die blijven malen, deadlines die zich opstapelen of de continue druk om alle ballen hoog te houden. Stress eist z’n tol, ook als je het zelf niet altijd doorhebt.
Voeding speelt ook een rol. Als je vooral snelle happen eet, of maaltijden overslaat, krijgt je lijf niet wat het nodig heeft. Dat voel je. Je motor sputtert dan, ook al wil je zelf gewoon door.
Tot slot: beweging. Gek genoeg kun je van te weinig bewegen juist moe worden. Als je de hele dag achter een bureau zit, lijkt je lijf het wel prima te vinden, maar eigenlijk raakt het langzaam leeg. Je mist die circulatie, dat frisse gevoel na een rondje buiten.
Wat helpt om je energie weer een zetje te geven
Een oplossing die voor iedereen werkt, bestaat helaas niet. Maar er zijn wel een paar dingen die écht kunnen helpen als je merkt dat je steeds vaker moe bent. Soms zit het in kleine aanpassingen die je net weer wat lucht geven.
Begin bijvoorbeeld met bewegen. En dat hoeft echt niet meteen een intensieve sportsessie te zijn. Al wandel je elke dag twintig minuten, je merkt het verschil. Je slaapt vaak beter, je hoofd raakt leger en je lijf komt weer in beweging.
Ook rustmomenten zijn belangrijker dan we vaak denken. Even je telefoon wegleggen. Ademen. In stilte een kop thee drinken zonder dat je meteen iets ‘moet’. Het helpt om de ruis in je hoofd een beetje naar de achtergrond te duwen.
En dan is er nog iets dat je misschien niet meteen zou overwegen: paardenmelk. Klinkt misschien wat gek, maar het bevat stoffen die ondersteunend kunnen werken voor je energiehuishouding. Sommige mensen ervaren er echt verbetering door. Het is zeker geen wondermiddel, maar het kan een aanvulling zijn op de rest van je ritme.
Blijf ondertussen ook eerlijk naar jezelf. Je hoeft niet altijd maar door te blijven gaan. Soms helpt het meer om iets níet te doen dan om weer een lijstje af te werken. Het is oké om een keertje nee te zeggen. Je hoeft niet overal bij te zijn. Je lijf heeft ook rust nodig, en dat is geen zwakte maar gewoon menselijk.